Als je aan de rand van de zee gaat staan, kun je het verdriet van de zee voelen. Het is niet zo moeilijk. Je moet gewoon luisteren.
Soms duurt het even. Dat ligt, denk ik, niet aan de zee. Het ligt aan jezelf.
Veel mensen hebben schrik van het verdriet van een ander. Misschien omdat ze schrik hebben van hun eigen verdriet, hun eigen falen.
Als je je opent voor je eigen verdriet, kun je het verdriet van de zee voelen. Het was al die hele tijd in je.
Hoe de zee weent, het is een uitnodiging voor je verbeelding. De zilte tranen van mensenogen zeggen ons dat de zee in ons woont.
De mens is in staat om van de ander een niet-mens te maken, zodat het gemakkelijker is om die te doden of pijn aan te doen. De moderne mens heeft zichzelf verteld dat de rest van de natuur een ander is, en is het ook nog gaan geloven.
Je kunt ook zien dat we deel zijn van generaties. Mijn grootvader, mijn grootmoeder, ze zijn even dichtbij als mijn kleinkinderen. Ze ademen mee. Als we ons losmaken van die rivier, in het nu leven alsof de toekomst er niet toe doet, verliezen we uiteindelijk ook onszelf. Of we goede voorouders zijn, ligt in onze
eigen handen.
Om te begrijpen dat je nog niet geboren achterkleinkind zal lijden onder de keuzes die wij vandaag wel of niet maken, moet je het risico van de empathie nemen. Dan zul je voelen dat het kind al de hele tijd in je was.
Jij bent een deel van de zee, de zee is een deel van jou. Als je de zee vernietigt, vernietig je jezelf.
Het is niet zo moeilijk. Je moet gewoon kijken. Naar alles wat is.
Vrede heeft denk ik weinig te maken met niets doen. De zee niet doden, het is even belangrijk als niet toestaan dat anderen het doen. We hebben altijd veel redenen om iets niet te doen. Maar de dingen die we wel doen, die doen ertoe. Vrede heeft denk ik te maken met handelen. Daar rust de actieve hoop.
Om die stilte in de storm te bereiken moet je de moed hebben om vrede te sluiten met de zee die in ons huist, de zee die tegelijk ons huis is. De zee die ons kind is, en ons kind dat de zee is.
In vrede bewegen heeft denk ik iets te maken met de zachtheid die nodig is om tegelijk de lineaire en de cyclische tijd in je lichaam te voelen.
Als moderne mens leerden we om altijd vooruit te kijken, alsof er alleen maar die lineaire tijd is. Maar om ons veilig te voelen in deze wereld, hebben we de seizoenen nodig. In onze oorlog tegen de planeet, waar wij een deel van zijn, hebben we de seizoenen verstoord. En zo organiseerden we onze eigen
onveiligheid.
Misschien denk ik daarom dat we Bach nodig hebben om het leven te overleven, en om deze levende planeet, waar wij enkel een deel van zijn, hersteld en geheeld door te geven aan onze kinderen.
Misschien klinkt vrede wel zoals de Goldbergvariaties. Al het verlangen, al het verdriet van de wereld, alles is daar, in die muziek. Ze klinkt als de adem van de zee. Ze beweegt heen en weer. In een eindeloze beweging van steeds hetzelfde en steeds anders. Als de seizoenen in ons lichaam. Die muziek nodigt ons
uit om water te zijn. De golf is het verlangen van de zee. Je kunt de golf zien en voelen, maar je kunt niet zien waar de golf ophoudt en de rest van de zee begint.
Misschien moet je vrede sluiten met jezelf, om vrede te kunnen sluiten met de zee. Misschien is dat wel niet zo moeilijk als het lijkt. Bach is als de belofte dat dat mogelijk is.
Jan Mertens
Thich Nhat Hanh: “The earth is not just our environment. We are the earth and the earth is us. We always have been one with the earth.”